The Divine Life Society
Afdeling Aalst |
De ademhaling van hedendaagse mensen schiet tekort op twee manieren: ze ademen te snel en met maar een gedeelte van de longen.
Een veel voorkomend symptoom is dan ook hyperventilatie, letterlijk: teveel ventileren. Men krijgt teveel zuurstof binnen, de zuurtegraad van het bloed stijgt en het koolstofdioxide-gehalte (CO2-gehalte) daalt waardoor er vaatvernauwing optreedt. Hyperventilatie is geen ademhalingsprobleem, maar een stressprobleem, vaak veroorzaakt door angst.
Heel wat mensen lijden aan latente hyperventilatie. Met andere woorden ze zijn er zich niet bewust van dat ze hyperventileren en ze kennen dan ook de oorzaak niet van de vele vervelende symptomen die door de latente hyperventilatie worden veroorzaakt. Als ze leren ontspannen en correct leren ademen, verdwijnen die gezondheidsproblemen vanzelf.
Het komt erop aan te leren ademen met de gehele longen en tegen een veel langzamer ritme. De methode is de Bijadem (Bhraamarie: ademen met een luid gezoem in de keel).
De mond blijft tijdens die oefening de hele tijd gesloten. Het zoemen remt het ademhalingscentrum in het verlengde merg af en bovendien gaan na een tijd de longen helemaal meedoen aan de ademhaling.
Het volgende stadium was dat je het gezoem amper hoorbaar moest maken. Dit heet Oejjaayie (wat de overwinning geeft).
In
vorige les leerden we de volledige ademhaling:
uitademen: laat de
schouders en de sleutelbeenderen zakken, trek de ribben in en trek
tenslotte ook de buik in
inademen: welf de buik, laat hem wat
terugkomen om steun te geven aan de longen die zich vullen met lucht,
welf de ribben en hef tenslotte lichtjes de schouders en de
sleutelbeenderen.
Dit alles moet gebeuren in één vloeiende beweging, dus zonder horten of stoten. De lucht mag niet worden opgesnoven. De neus moet met andere woorden neutraal blijven. De neusvleugels mogen niet bewegen. De lucht wordt aangezogen vanuit de buik. Adem met een licht geruis in de keel zo langzaam en zo subtiel mogelijk.
Een goede stevige zithouding is daarbij een grote hulp. Dit verhoogt het effect van de oefening. Desnoods kun je oefenen zittend op een stoel. Zit goed rechtop en ontspannen.
De volgende stap is het regelen van de duur van de in- en de uitademing. Leer mettertijd dubbel zolang uitademen als inademen. Het ledigen is immers belangrijker dan het vullen. Als de uitademing goed is, is de inademing dat ook: de uitademing schept een leegte in de longen en die vult zich vanzelf zodra je de buik ontspant en welft.
Om te weten hoelang je in- en uitademt, moet je natuurlijk de ademhaling tellen. Begin met bijvoorbeeld vijf tellen in, tien tellen uit, of tien tellen in, twintig uit. Doe wat je met gemak kunt. Laat je niet ontmoedigen. Spoedig genoeg wordt het gemakkelijk.
Deze volledige ritmische ademhaling ontlast het hart. Terwijl je inademt vloeit er veel meer bloed naar het hart. Als het hart dan samentrekt, wordt er een veel grotere hoeveelheid bloed rond gestuwd tot in de uiterste uiteinden van het lichaam, zonder dat je enige fysieke inspanning doet. Aan je pols kun je voelen hoeveel krachtiger en langzamer je hart gaat kloppen.
De ademoefeningen zijn het beste middel om een hartinfarct te vermijden. Het hart pompt bloed naar het hele lichaam, maar het vergeet mettertijd zichzelf. De kransslagader slibt dicht en een gedeelte van de hartspier sterft af. Dit is een hartinfarct. Als je het overleeft, overbrugt de chirurg het infarct. Dit is de moderne aanpak: omzeil het probleem. Het is veel beter het tijdig aan te pakken en te vermijden.
Ook door de zithouding vloeit er veel meer bloed naar de buikholte. Je voelt na een tijd dan ook hoe je ingewanden actiever worden. Maar ga nu niet overdrijven. Bouw het langzaam op. Ga af op je gevoel van welbehagen.